Deze column is verschenen in Sum december 1994


Toen ik in 1989 met de OV-Studentenkaart begon, kostte die kaart vierhonderdzeventig miljoen gulden. Het was een kaart waarmee de student het hele jaar door kon reizen met aIle vormen van openbaar vervoer die Nederland kent. Bij wijze van spreken 24 uur per dag. De nieuwe OV-Studentenkaart die een november jongstleden is ingevoerd, kost bijna een miljard gulden en zal gedurende de looptijd van het contract de een miljard zeker overschrijden. Die kaart werd en wordt natuurlijk betaald door de studenten zelf.

In 1989 waren er voor de student eigenlijk alleen maar voordelen aan de kaart verbonden. Tegen een bedrag van ruim zestig gulden in de maand had hij een kaart waar weliswaar niet de wereld maar zeker Nederland mee kon worden veroverd. Het enige nadeel dat aan de kaart kleefde, was dat het gedwongen winkelnering was. Of je de kaart nu wilde hebben of niet, je moest hem afnemen. Dat kon ook niet anders, omdat de goedkope prijsstelling nu eenmaal direct verband hield met de bulkafname van de kaart door het ministerie van Onderwijs.

We zijn nu ruim vijf jaar verder en er is een nieuw contract. Dat nieuwe contract is niet alleen twee keer zo duur, maar voorziet bovendien in een slechter produkt. De student kan op deze kaart nog maar beperkt reizen. Hij moet kiezen tussen een week- of weekendkaart, mag er niet op reizen gedurende de vakanties en is bovendien een keer zo duur uit. Dit contract is het resultaat van volstrekt tekort schietende onderhandelingsvaardigheid van de toenmalige minister van Onderwijs in het kabinet Lubbers Ill, Ritzen. Hij heeft de Nederlandse studenten met dit wanprodukt opgescheept. De gedwongen winkelnering breekt de student nu echt op. De openbaarvervoersbedrijven hebben zich ten tijde van de contractonderhandelingen goede kooplieden getoond, de minister een slecht beheerder van de portemonnaie van de studenten.

Heeft dit wanbeleid van de vorige minister nu enig politiek gevolg voor de huidige minister in het kabinet Kok, die toevallig een en dezelfde is? Naar het zich laat aanzien niet. De Kamer lijkt niet bereid de minister hierover hard aan te vallen. Er is natuurlijk alle reden toe, want deze fenomenale kostenstijging valt voor een klein deel te verklaren uit de stijging van de openbaarvervoerstarieven. Er zijn ministers om minder naar huis gestuurd! Ritzen heeft bij de aanvaarding van zijn nieuwe termijn zijn ziel aan de duivel verkocht en is daarmee de gevangene van zijn bazen. Vlak voor hij in beeld kwam als opvolger van zichzelf wist hij nog te melden dat de bezuinigingen op onderwijs de absolute limiet hadden bereikt. Enkele dagen later aanvaardt hij een bezuinigingsopgave in deze kabinetsperiode van ten minste anderhalf miljard gulden. Ritzen mag dat nu gaan waarmaken en zal dat ook proberen te doen. Zolang hij zich daarvoor inspant mag hij blijven zitten van zijn bazen, zoals het een goed zetbaas betaamt!

Deze column is verschenen in Sum december 1994