25 mei 2001, Pim Fortuyn
We zijn nu bijna veertien dagen verder en is nog geen autoriteit in Enschede die zich aangemeld heeft om de verantwoordelijkheid voor de vuurwerkramp aldaar geheel of ten dele te aanvaarden. Het aanvaarden van verantwoordelijkheid getuigt van bestuurlijke moed en zegt nog niets over toerekenbare schuld, laat staan van persoonlijke schuld in deze.
Het inmiddels gestarte onderzoek zal met name op dit laatste licht werpen, maar dat duurt aard nog wel even. Het aanvaarden van verantwoordelijkheid kan gebeuren zonder zo?n diepgaand onderzoek. Betrokkenen weten dat zelf en konden dat direct na de ramp reeds voor zichzelf vaststellen. Twee in aanmerking komende autoriteiten springen daarbij direct in het oog: de burgemeester en de brandweercommandant.
Los van de vraag hoe het mogelijk is dat een dergelijk bedrijf zich, met de benodigde vergunningen, in een woonwijk heeft mogen ontwikkelen, is het de bizarre onwetendheid van uitvoerend brandweerpersoneel en buurtbewoners die in het oog springt. Waren zij wel van de gevaarlijke situatie op de hoogte geweest dan waren brandweerlieden en buurtbewoners in ieder geval in staat geweest voorzorgsmaatregelen te treffen.
De spuitgasten waren niet zo maar begonnen met spuiten maar met het manen van buurtbewoners om zich zo snel mogelijk uit de voeten te maken, zoals wetende buurtbewoners dat naar alle waarschijnlijkheid ook uit zichzelf hadden geprobeerd. Een dergelijk optreden had de kans in zich, het aantal te betreuren doden en zwaar gewonden aanzienlijk te verminderen. En ook al was dit niet gelukt dan nog was er de troost van iets geprobeerd te hebben.
Nu is het brandweer en bewoners overkomen als ware het een niet voorspelbare natuurramp. Voor deze onwetendheid van brandweer en bewoners zijn er twee die de eerste verantwoordelijkheid dragen. De burgemeester zowel ten aanzien van bewoners, als in afgeleide zin voor de brandweer. De burgemeester heeft het handhaven van openbare orde en veiligheid onvervreemdbaar in zijn takenpakket zitten.
Het optreden van de burgemeester na de ramp wordt tot mijn verbazing alom geprezen. Eerlijk gezegd vind ik daarin aspecten zitten die ik niet anders dan als weerzinwekkend kan betitelen. Uit niets blijkt dat deze man zichzelf met de vraag confronteert, wat had ik kunnen doen om deze ramp te voorkomen en wat had ik moeten doen opdat bewoners en brandweerlieden tenminste op de hoogte waren van deze gevaarlijke situatie?
Een normaal mens zou wroeging voelen, er gekweld uitzien en er slapeloze nachten van hebben. Zo niet burgemeester Mans, hij zegt zelfs een grote voldoening te hebben gevoeld over het werk dat hij de afgelopen weken voor zijn gemeente heeft kunnen verzetten. Natuurlijk laat hij daar onmiddellijk politiek correct op volgen dat men niet moet denken dat het verdriet van de slachtoffers langs hem heen gaat. En zo is het maar net, de burgemeester glorieert in zijn rol naar zijn burgers toe en niet te vergeten in de media.
Voor Mans is het leven momenteel zeer enerverend en de moeite waard, en voor een vervolg van zijn carrière zeer behulpzaam. Geen gekwelde magistraat die een toontje lager zingt bij al die herdenkingen, de hand in eigen boezem steekt en woorden van schaamte en diepe spijt uit. Mans is gewoon een lafaard, die de vraag van de verantwoordelijkheid graag buiten bespreking laat.
Is het in dit IT-tijdperk, waarin Jan en alleman op internet surft en de routeplanner in de auto standaard aan het worden is, te veel gevraagd een display te installeren in iedere brandweerauto, waarop spuitgasten onmiddellijk konden zien wat de gevaren zijn op de plek van de brand en welke (voorzorgs)maatregelen in acht genomen dienen te worden? Ja dus en daar dien je je als commandant voor verantwoordelijk te voelen!
En dan Kok en zijn kabinet. Niks installatie van een taskforce die onmiddellijk in beeld brengt of er nog plaatsen in Nederland zijn waar soortgelijke situaties zich voordoen om subiet maatregelen te kunnen nemen om daar met ingang van heden een einde aan te maken. Kok wacht liever het onderzoek af en laat de afwikkeling volgaarne over aan de plaatselijke activiteiten. Het poldermodel op zijn smalst en gevaarlijkst. Met regeren heeft het al helemaal niets van doen, tenminste als dat ook vooruitzien behelst.
Je vraagt je af wanneer de slachtoffers eens een keer echt heel kwaad worden op hun bestuurlijke elite die deze wanprestatie heeft neergezet!
Pim Fortuyn
Rotterdam 25 mei 2000